DNS Google Drucken

  • DNS, Google
  • 120

Hoe stel je de records voor Google in. 

Eerst geven we je wat meer algemene informatie over hoe een DNS werkt. Verderop wordt specifiek op de records van Google ingegaan.

Wanneer je gebruik maakt van de Domein-Direct nameservers kan je de DNS-records direct beheren via het controlepaneel.

Als je de DNS instellingen voor je domein voor het eerst bekijkt, staat er al een IP-adres ingevuld achter het A-record met als naam @.
Dit is het standaard IP-adres van Domein-Direct waarmee via onze server de Domein-Direct reserveringspagina wordt weergegeven.

Wanneer je gebruik wilt maken van externe webhosting dan kan je dit IP-adres aanpassen naar het IP-adres van de externe webhosting.
Het IP-adres dat je daarbij kan opgeven kan je opvragen bij je externe hostingprovider.

In je controlepaneel kan je de volgende records aanmaken:

  • A: Voor het koppelen van een IPv4 adres aan het (sub)domein.
  • AAAA: Voor het koppelen van een IPv6 adres aan het (sub)domein.
    Deze heeft voorrang op het A record.
  • CNAME: Voor het koppelen van een ander (sub)domein aan het (sub)domein.
  • MX: Voor het afleveren van de mail aan een mailserver voor het (sub)domein.
  • NS: Voor het instellen van een nameserver voor het (sub)domein.
  • TXT: Van origine voor het toevoegen van leesbare tekst in DNS records. Tegenwoordig gebruikt voor allerlei zaken zoals SPF.
  • SRV: Voor het specificeren van een locatie van een service op het (sub)domein.

Een record in de DNS instellingen bestaat uit de volgende waardes:

  • Naam: Hier geef je aan voor welk subdomein het record is, bijv “www” voor www.uwdomeinnaam.nl. Een subdomein is het gedeelte van het adres dat voor je domeinnaam staat, bijvoorbeeld subdomein.uwdomeinnaam.nl.
    Let op: Dit kan ook ‘@’ voor de kale domeinnaam (uwdomeinnaam.nl) zijn of ‘*” als wildcard. Een wildcard geldt voor alle subdomeinen die geen specifiek DNS record hebben in je instellingen.
  • Type: Hier geef je het soort record aan. (bijv. A, AAAA, CNAME, enz)
  • Waarde: Hier geef je de waarde van een record in, afhankelijk van het Type.

GOOGLE

Let op de (gele) punt achter het adres van het mx record en de spatie tussen het prioriteitsnummer en het adres.

dns google

Verder kun je ook nog onderstaande CNAME-records toevoegen om extra apps te benaderen.

Hostname Type Content
mail.example.com CNAME ghs.google.com
calendar.example.com CNAME ghs.google.com
agenda.example.com CNAME ghs.google.com
docs.example.com CNAME ghs.google.com




War diese Antwort hilfreich?

« Zurück